Oefeningen

Bedenk eens welke lessen je vanuit huis hebt meegekregen die nu van invloed zijn op je werk. En welk gedrag zien je collega’s daar van terug?

Met welke metafoor kan je team omschrijven? Welk cijfer geef je het team? Welke kwaliteiten zitten er allemaal in dit getal? Wat kan je er nog aan toevoegen om hoger te scoren?

Maak een tekening van het gezin waar je uit komt.
Welke plek neem jij in? Waar kijkt iedereen naar? Wat valt je op?

Maak vervolgens een tekening van het team waar jij deel van uit maakt of leiding aan geeft?
Wat valt je op?

Leg tot slot beide tekeningen eens naast elkaar.
Wat valt je op? Wat zijn de overeenkomsten en wat zijn de verschillen tussen de tekeningen? Wat zeggen ze over jouw manier van werken en leidinggeven?

Gesprekken kan je starten op drie niveaus: op inhoud, op proces en op relatie. De inhoud correspondeert met de blaadjes en appels in de boom, het proces komt overeen met de boomstam en de relatie kun je zien als de wortels van de boom.

Beantwoord met dit model in gedachten de volgende vragen:

• Wat is jou eerste voorkeur om een gesprek met iemand te starten?
• Wat maakt dat dit zo is?
• Wat maakt het minder makkelijk om met een van de andere twee te starten?
• Wat kan het je opleveren om een keer met een van de andere twee ingangen te starten?
• Wat maakt het wellicht spannend om dit te doen?
• Wat kan jou helpen om hiermee een keer te experimenteren?

In de wortel (onderstroom) zitten meestal de onuitgesproken zaken, zoals overtuigingen, drijfveren, vertrouwen, angst, patronen en zaken die bewust of onbewust opgeslagen zijn uit het verleden en die maken dat de dingen gaan zoals ze gaan. Dat gebeurt bij jezelf, tussen personen en in teams.
Hoe zit het bij jou en je team met de dingen die spelen in de wortel?
Wat zijn bijvoorbeeld bevorderende en belemmerende patronen die spelen bij jou, of tussen jou en een collega of in het team of de organisatie waar jij werkt?

Bij samenwerken speelt er van alles. We helpen elkaar en bieden als vanzelf oplossingen aan om stappen te zetten. Ga vandaag als experiment in de ‘stel-vragen-modus’. Bied vandaag geen oplossing aan en stel alleen vragen. Op deze manier geef je de persoon met wie je werkt, de kans om zelf de oplossing te vinden. Door jouw vragen stimuleer je de ander om door te denken of het vraagstuk eens vanaf een andere kant te bekijken.

Ga het gesprek met een medewerker of collega eens niet aan vanachter een tafel of een beeldscherm, maar doe het een keer wandelend. Je kan ook wandelen en bellen tegelijkertijd (daarmee doorbreek je gelijk de hele dag videobellen achter elkaar). Het effect van wandelen is vaak meer verbinding en luchtigheid en meer diepgang in het gesprek.

Het kernkwadrant is ontwikkeld door D. Ofmann en geeft inzicht in je eigen gedrag en kwaliteiten. Ook brengt het in kaart welk effect dit op anderen kan hebben als je doorschiet in je kwaliteit. Door het kwadrant in te vullen, ontdek je wat je uitdaging is. Hiermee kan je vervolgens experimenteren in het dagelijkse leven (thuis of in je werk) en kan je zien waardoor de samenwerking met een ander makkelijk of stroef loopt.

Als passie en gedrevenheid bijvoorbeeld jouw kernkwaliteit zijn, zal jouw valkuil zijn dat je nogal kan doordrammen. En als passiviteit jouw allergie is, ligt jouw uitdaging in het geduldig blijven en niet stug doorgaan.